Vooraf

Instructies voor het invullen van het webformulier

Rapporteer in dit formulier de gegevens van het gegevensjaar 2024 (periode van 1/1/2024 tot en met 31/12/2024).
De rapportering van het gegevensjaar 2024 moet uiterlijk op 31 maart 2025 gebeuren.
Gelieve de gevraagde eenheden te respecteren. 
De rapportering gebeurt door de warmte- of koudenetbeheerder per apart warmtenet of per apart koudenet. Een warmte- of koudenetbeheerder die meerdere warmte- of koudenetten beheert, mag dus geen gegevens van meerdere warmte- of koudenetten combineren en invullen in 1 webformulier.
Soms is het nodig om gegevens van één warmte- of koudenet te rapporteren in meerdere formulieren. Meer informatie hierover vindt u onder identificatie warmte- of koudenet.

Technische vereisten

  • Werk met een recente browser! Internet Explorer werkt NIET voor het invullen van dit webformulier.
  • Gebruik geen scheidingstekens (punten of komma’s of spaties) tussen duizendtallen. Gebruik een punt of komma als decimaal (afhankelijk van de browser)
  • Indien meer info beschikbaar is over een bepaald gevraagd gegeven, kunt u klikken op het "?".
  • Dit webformulier biedt de mogelijkheid om een conceptversie op te slaan. Opslaan van een webformulier kan door onderaan de pagina te klikken op 'Conceptversie opslaan' en vervolgens bovenaan de pagina de link te kopiëren waarmee u terug kan gaan naar de reeds ingevulde gegevens. Denk er aan om deze stappen te doorlopen alvorens u het venster van uw browser sluit. We raden u aan om het opslaan van een conceptversie eens te testen met een paar gegevens.

Vragen over het invullen van dit webformulier ?

Indien u vragen hebt bij het invullen van dit webformulier kan u contact nemen met warmtenetrapportering.veka@vlaanderen.be. Gelieve het warmte- of koudenet waarvoor u moet rapporteren in uw mail te vermelden (naam en/of bevragingsnummer).

Identificatie

Identificatie warmte- of koudenet

Zoals vermeld in de u toegezonden brief. Gelieve geen punten of spaties te gebruiken. 

 

Soms is het nodig om gegevens van één warmte- of koudenet te rapporteren in meerdere webformulieren

Indien verschillende netwerkdelen over andere opwekkers beschikken, wordt elk netwerkdeel met een eigen set van opwekkers in een afzonderlijk webformulier gerapporteerd.
Bijvoorbeeld, indien warmte die uit een warmtenet wordt uitgekoppeld, als energiebron in een absorptiekoelmachine wordt gebruikt om een onderliggend koudenet te voeden: het warmtenet en het koudenet worden elk in een afzonderlijk webformulier gerapporteerd.
Bijvoorbeeld, indien warmte die uit een warmtenet wordt uitgekoppeld als energiebron voor een warmtepomp wordt gebruikt om een onderliggend warmtenet op een hogere temperatuur te voeden: beiden warmtenetten worden elk in een afzonderlijk webformulier gerapporteerd.
 
Het webformulier voorziet de mogelijkheid om de warmte-uitwisseling met een bovenliggend of onderliggend warmtenet te verduidelijken.
(verplicht)

Tracé van het warmte- of koudenet

(verplicht)
Indien ja, gaat u het nieuwe (volledige) tracé moeten opladen. Indien nee, zullen we het tracé van vorig jaar overnemen als meest actuele tracé. 
Voeg een kaart of plan toe met het tracé van het warmtenet, de ligging van de opwekkers en afnemers. De kaart maakt u op in KMZ-formaat of KML-formaat. Daarbij kan u deze instructies gebruiken.  
Slechts één bestand.
32 MB limiet.
Toegestane types: kml, kmz.
200 MB limiet per formulier.

Identificatie warmte- of koudenetbeheerder

Gegevens bedrijf

Gegevens contactpersoon netbeheerder

Netwerk

Warmtenet of koudenet?

Lengte

Temperatuurregime

Capaciteit

Maximale capaciteit is het theoretisch maximale vermogen warmte en/of koude dat het aangelegde warmtenet kan leveren als het in vollast is. 
Als er verschillende diameters zijn in het hele distributienet, vragen we de grootste diameter, die van de backbone, in te vullen. 

Aandeel hernieuwbare energie

Gelieve het voorziene sjabloon voor de berekening van het aandeel hernieuwbare energie in uw net in te vullen en hier op te laden. 

Slechts één bestand.
32 MB limiet.
Toegestane types: xls, xlsx.
200 MB limiet per formulier.

Als uw warmtenet meer dan 5 MW warmte of koude output heeft, gelieve een plan op te laden zoals toegelicht in de presentatie van het verstrengingspad. VEKA zal dit toekomstplan moeten goedkeuren. Deze verplichting valt onder de herziening van de EED, artikel 26 lid 5.

 


Slechts één bestand.
32 MB limiet.
Toegestane types: pdf, doc, docx, ppt, pptx, zip.
200 MB limiet per formulier.

Steun en warmteverdeling

Geef het dosiernummer, het ordernummer en de warmteverdeling over de verschillende call dossiers op (als u meerdere subsidiedossiers heeft). Deze gegevens zullen gebruikt worden voor de vereiste rapportering binnen de call groene warmte. 

Het ordernummer is terug te vinden op de bestelbon die u heeft ontvangen bij de toekenning van de subsidie. 
Het dossiernummer is als volgt opgebouwd:
[code voor het type project] -  [jaar van de call] - [nummer van de call] - [nummer van jouw project]

Codes voor het type project:
- GW voor groene warmte
- RW voor restwarmte
- BM voor biomethaan
- WN voor warmtenet
- RWWN voor restwarmte of warmtenet
- GWRWWN voor projecten gesteund vanaf eind 2021
 

Overzicht meterstanden

Dit warmtenet heeft een dossier in de call groene warmte. Voor de jaarlijkse rapportering van dit calldossier is het belangrijk dat de correcte meterstanden worden opgegeven. Hier hebt u de mogelijkheid een document op te laden om de productie en/of afname te verduidelijken (als er bijvoorbeeld meerdere afnemers zijn en elke meterstand hierbij van belang is voor de rapportering binnen de call). 

Gelieve de template te gebruiken.


 Let op: Gelieve de rest van deze warmtenetrapportering nog in te vullen. Dit overzichtsdocument is geen vervanging van de andere vragen in dit formulier. 

Slechts één bestand.
32 MB limiet.
Toegestane types: txt, rtf, pdf, doc, docx, odt, ppt, pptx, odp, xls, xlsx, ods.
200 MB limiet per formulier.

Opwekking thermische energie

Opwekkingseenheden van warmtenet

Toelichting

Opwekkers van warmte voor warmtenetten worden verdeeld in 10 types:
  1. WKK-eenheden op niet-hernieuwbare brandstoffen
  2. WKK-eenheden op hernieuwbare brandstoffen
  3. WKK-eenheden op geothermische energie of zonne-energie
  4. WKK-eenheden die warmte recupereren van chemische of andere processen (bijv. surplus warmte van industriële of andere processen)
  5. Eenheden die enkel warmte opwekken uit niet-hernieuwbare brandstoffen
  6. Eenheden die enkel warmte opwekken uit hernieuwbare brandstoffen
  7. Eenheden die enkel warmte opwekken op basis van elektriciteit (bijv. elektrische boilers)
  8. Eenheden die enkel warmte opwekken op basis van geothermische energie, omgevingswarmte of zonne-energie
  9. Warmte-recuperatie-eenheden die warmte recupereren van chemische of andere processen (bijv. surplus warmte van industriële of andere processen)
  10. Directe uitkoppeling van thermische energie uit een bovenliggend netwerk via warmte-wisselaar
WKK-eenheden (type 1 t.e.m. 4) zijn installaties die tegelijkertijd zowel elektriciteit en/of mechanische energie als warmte opwekken. De technologieën die onder deze categorie vallen, omvatten:
  • Gecombineerde cyclus gasturbine met warmteterugwinning
  • Gasturbine met warmteterugwinning
  • Interne verbrandingsmotor
  • Stoom tegendruk turbine
  • Stoom condenserende afzuigturbine
  • Andere (bijv. microturbines, stirlingmotoren, brandstofcellen, stoommachines, organische Rankine cyclus en elke technologie die de definitie van WKK-eenheid valt)
Opwekkingseenheden van het type 5 t.e.m. 8 zijn eenheden die enkel warmte opwekken. Bij een ketel die enerzijds warmte of stoom in een WKK-eenheid voedt en anderzijds warmte of stoom levert aan een warmtenet, wordt deze laatste vermelde warmte of stoom gerapporteerd onder type 5 en 6.

Opwekkingseenheden van type 9 omvatten warmte-recuperatie-eenheden die warmte recupereren van chemische of andere processen (bijv. surplus warmte van industriële processen, productieprocessen, datacenters, metrosystemen of andere processen).  Hier moeten enkel eenheden worden gerapporteerd die de warmte terugwinnen nadat chemische of andere processen plaatsvonden om te gebruiken in warmtenetten. Deze overtollige warmte zou anders ongebruikt in de lucht of in het water terechtkomen. 

Onder niet-hernieuwbare brandstoffen (type 1 en 5) wordt verstaan: 
  • Steenkool en octrooi-brandstoffen
  • Sub-bitumineuze steenkool
  • Bruinkool en bruinkoolbriketten
  • Turf
  • Cokesovengas
  • Hoogoven- en zuurstofstaalovengas
  • Andere vaste steenkoolproducten
  • Restbrandstof
  • Raffinaderijgas
  • Andere vloeibare fossiele brandstoffen
  • Aardgas 
  • Nucleaire warmte
  • Afval van industriële niet-hernieuwbare oorsprong (vaste of vloeibare stoffen)
  • Restafval van niet-hernieuwbare oorsprong van huishoudens, industrie, ziekenhuizen en tertiaire sector, het betreft niet-biologisch afbreekbare materialen verbrand in specifieke installaties. 
Onder hernieuwbare brandstoffen (type 2 en 6) wordt verstaan: 
  • Vaste biomassa
  • Restafval van hernieuwbare oorsprong van huishoudens, industrie, ziekenhuizen en tertiaire sector, het betreft biologisch afbreekbare materialen verbrand in specifieke installaties
  • Biogas
  • Vloeibare biobrandstoffen
  • Alle andere hernieuwbare energiebronnen niet expliciet genoemd in type 3 (voor WKK-eenheden) en in type 8 (voor eenheden die enkel warmte opwekken).
Type 3 omvat alle WKK-eenheden die als energiebron geothermische energie of zonne-energie gebruiken. 

Type 8 bevat alle eenheden die enkel warmte opwekken die als energiebron geothermische energie, omgevingsenergie of zonne-energie gebruiken. 

Type 4 omvat WKK-eenheden die warmte gerecupereerd uit chemische en andere processen (bijvoorbeeld overtollige warmte van industriële processen, productieprocessen, datacenters, metrosystemen of een andere proces) als belangrijkste energiebron gebruiken, bijv. om de stoomturbine te laten werken. Als de gerecupereerde warmte niet de belangrijkse energiebron is moeten de gegevens van de WKK gerapporteerd worden in de rijen 1,2 en 3 volgens de methode in de 'Annual Electricity and Heat Questionnaire'. 

Type 7 omvat alle eenheden die elektriciteit als een input gebruiken (bijv. elektrische boilers die warmte opwekken via het Joule effect in elektrische weerstandselementen). 

Enkele praktische voorbeelden: 
  • Warmte opgewekt bij de verbranding van huishoudelijk en industrieel afval (hernieuwbaar en niet-hernieuwbaar) moet gerapporteerd worden onder:
    • type 1 en 2, indien de opwekkingseenheid een WKK betreft, dit is het geval als een deel van de opgewekte stroom gebruikt wordt om elektrische energie op te wekken;
    • type 5 en 6, indien het een eenheid betreft die enkel warmte opwekt;
  • Voor de verbranding van huishoudelijk afval moeten dus 2 opwekkers gerapporteerd worden: 1 hernieuwbare en 1 niet-hernieuwbare opwekkingseenheid. Het gerapporteerde vermogen en de gerapporteerde energie per opwekkingseenheid wordt verdeeld  op basis van de groenfactor. 
  • Warmte die de ondergrond (geothermie) of zonnecollectoren gehaald wordt en rechtstreeks (zonder tussenkomst van een warmtepomp) via een warmtewisselaar geleverd wordt aan een warmtenet wordt gerapporteerd onder type 8.
  • Warmtepompen  worden, afhankelijk van hun warmtebron, gerapporteerd onder type 8 of 9. 

Gegevens opwekkingseenheden warm water

Let op!

We stellen vast dat er soms verwarring is rond wat moet ingevuld worden per opwekker bij de velden 'netto nuttige warmte ter plaatse verbruikt' en 'netto productie van warmte die geleverd wordt aan het warmtenet'. Deze instructies verduidelijken dit verder aan de hand van een schema. Als alle warmte die door een opwekker wordt geproduceerd, geïnjecteerd wordt in het warmtenet, dan is de 'netto nuttige warmte ter plaatse verbruikt' gelijk aan nul. 

Opwekker 1

Opwekker 2

Opwekker 3

Opwekker 4

Opwekker 5

Opwekker 6

Opwekker 7

Opwekker 8

Opwekker 9

Opwekker 10

Gegevens opwekkingseenheden stoom

Let op!

We stellen vast dat er soms verwarring is rond wat moet ingevuld worden per opwekker bij de velden 'netto nuttige warmte ter plaatse verbruikt' en 'netto productie van warmte die geleverd wordt aan het warmtenet'. Deze instructies verduidelijken dit verder aan de hand van een schema. Als alle warmte die door een opwekker wordt geproduceerd geïnjecteerd wordt in het warmtenet dan is de 'netto nuttige warmte ter plaatse verbruikt' gelijk aan nul. 

Opwekker 1

Opwekker 2

Opwekker 3

Opwekker 4

Opwekker 5

Opwekker 6

Opwekker 7

Opwekker 8

Opwekker 9

Opwekker 10

Opwekkingseenheden van koudenet

Toelichting

Opwekkers van koudenetten worden verdeeld in 6 types:
  1. Absorptie-eenheden voor koeling op niet-hernieuwbare energiebronnen
  2. Absorptie-eenheden voor koeling op hernieuwbare energiebronnen
  3. Dampcompressie koeleenheden (koelmachines op elektriciteit of gas)
  4. Eenheden die koude recupereren uit meren, rivieren en ondergrondse seizoensopslag. (free cooling)
  5. Andere technologieën (bijv. koude uit chemische of andere processen wordt hier opgenomen)
  6. Directe uitkoppeling van thermische energie uit bovenliggend netwerk via warmte-wisselaar. 
Type 1 en 2 omvatten absorptiewarmtepompen (of absorptiekoelmachines) die warmte gebruiken om warmte aan het koelmedium (vloeistof) te onttrekken, ze verbruiken elektrische energie om de koelcyclus te laten lopen. Thermisch aangedreven koeling (absorptiekoeling), kan worden gebruikt voor het koelen van de vloeistof in een retourleiding met heet water / stoom op relatief hoge temperaturen (het beste boven 120 ° C). De hitte gebruikt in absorptiekoelmachines kan ook geleverd worden door  thermische zonne-energie, afvalwarmte van energieproductie (WKK) en geothermische warmte.

Onder niet-hernieuwbare brandstoffen (type 1) wordt verstaan: 
  • Steenkool en octrooi-brandstoffen
  • Sub-bitumineuze steenkool
  • Bruinkool en bruinkoolbriketten
  • Turf
  • Cokesovengas
  • Hoogoven- en zuurstofstaalovengas
  • Andere vaste steenkoolproducten
  • Restbrandstof
  • Raffinaderijgas
  • Andere vloeibare fossiele brandstoffen
  • Aardgas 
  • Nucleaire warmte
  • Afval van industriële niet-hernieuwbare oorsprong (vaste of vloeibare stoffen).
  • Restafval van niet-hernieuwbare oorsprong van huishoudens, industrie, ziekenhuizen en tertiaire sector, het betreft niet-biologisch afbreekbare materialen verbrand in specifieke installaties
Onder hernieuwbare brandstoffen (type 2) wordt verstaan: 
  • Vaste biomassa
  • Restafval van hernieuwbare oorsprong van huishoudens, industrie, ziekenhuizen en tertiaire sector, het betreft biologisch afbreekbare materialen verbrand in specifieke installaties
  • Biogas
  • Vloeibare biobrandstoffen
  • Geothermische energie
  • Zonne-energie
  • Alle andere hernieuwbare energiebronnen die niet expliciet worden genoemd 
Type 3 verwijst naar eenheden - vaak gevoed door elektriciteit - die warmte uit een vloeistof onttrekken via een dampcompressiecyclus. Deze vloeistof kan vervolgens door een warmtewisselaar worden gecirculeerd om de lucht of apparatuur te koelen.

Type 4 verwijst naar koude recuperatie technologieën die vrij beschikbaar koud water onttrekken (free cooling) van bijvoorbeeld oceanen, meren, rivieren of watervoerende lagen (grondwater, seizoensopslag). Bronnen van free cooling zijn bijvoorbeeld oceanen, meren, rivieren of watervoerende lagen (grondwater, seizoensopslag). Bronnen van free cooling worden gebruikt om de temperatuur in de retourleiding van het netwerk te verlagen (dat wil zeggen warmte wordt geëxtraheerd). Dit resulteert in een lage temperatuur koelmedium in de toevoerleiding.

Type 5 verwijst naar elke andere technologie voor koeling (bijvoorbeeld absorptiekoelmachines waarbij overtollige warmte wordt gebruikt van
industriële processen, fabricageprocessen, datacenters, metrosystemen of een ander proces). Dit omvat ook warmte die rechtstreeks wordt gerecupereerd uit industriële processen en andere processen.
Deze overtollige koude zou anders ongebruikt in de lucht of in het water terechtkomen. 

Gegevens opwekkingseenheden koude

Opwekker 1

Opwekker 2

Opwekker 3

Opwekker 4

Opwekker 5

Opwekker 6

Opwekker 7

Opwekker 8

Opwekker 9

Opwekker 10

Thermische energielevering

Thermische energielevering onder de vorm van warm water

Thermische energielevering onder de vorm van stoom

Thermische energie onttrokken van het koudenet om te leveren aan afnemers

Aantal afnemers

Toelichting

Doorlevering binnen een appartementengebouw 
 
Artikel 5/1.1.1 van het Energiebesluit stelt dat voor toepassing van de sociale energiemaatregelen voor warmte- of koudenetten een tussenpersoon, die een natuurlijk persoon of rechtspersoon kan zijn, die thermische energie afneemt van een warmte- of koudeleverancier en die binnen een appartementengebouw verder verdeelt bij verschillende huishoudelijke afnemers, ook beschouwd wordt als een warmte- of koudeleverancier. Dit artikel stelt niet dat die tussenpersoon ook beschouwd wordt als warmtenetbeheerder voor het netwerk binnen het appartementengebouw. De warmtenetbeheerder van het warmtenet rapporteert het aantal huishoudelijke en niet-huishoudelijke afnemers van alle warmte- of koudeleveranciers op het warmtenet (ook tussenpersonen) en vraagt hiertoe de nodige gegevens op aan de leveranciers.

Let op , bij de vragen naar aantal huishoudelijke en niet-huishoudelijke afnemers vraagt VEKA om de som van de eindgebruikers en niet de tussenpersoon als collectieve eindafnemer te beschouwen. Bijvoorbeeld: één VME neemt warmte af van het warmtenet om na de warmtewisselaar nog te verdelen over vijf huishoudens. Bij het aantal huishoudelijke afnemers vult u vijf in, en niet één. 

Aantal afnemers per leverancier

(verplicht)
Gelieve hier het aantal VME's op te geven die thermische energie afnemen van het warmtenet of een leveranciersrol opnemen in het net. 

Leverancier 1

Leverancier 2

Leverancier 3

Leverancier 4

Leverancier 5

Leverancier 6

Leverancier 7

Leverancier 8

Leverancier 9

Leverancier 10

Opmerkingen